BMX Sports

“Eindhoven is een voorbeeld voor de rest van het land”

Daniel Wedemeijer over BMX in Eindhoven

Hij ging wel vijf of zes keer per week naar Eindhoven om te trainen. Het was zijn enige keus, want hier stond het enige echt BMX park van Nederland. “Het gemiddelde park was echt meer voor skateboarders”, vertelt Daniel Wedemeijer.

 

Hij is inmiddels al een tijdje professioneel BMX’er en daar heeft Eindhoven een groot aandeel in gehad. Zijn eerste herinnering aan BMX’en in Eindhoven was de Vans Rebeljam in 2011 en drie jaar later verhuisde hij al naar de Lichtstad. “Ik kwam altijd om te trainen, dus ik ging voor tweeënhalf uur op en neer en dat was niet meer te doen op een gegeven moment.” De inmiddels 31-jarige atleet deed op zijn 16e al mee aan zijn eerste professionele wedstrijd en daarna wist hij dat dit was waar hij voor wilde gaan. “Vanaf toen was het doel om professioneel rijder en topsporter te worden. Op mijn 22e kon ik er al voluit van leven en dat mede doordat ik er altijd serieus mee om ben gegaan.”

 

Bij een professionele houding hoort ook een professionele baan en die was er dus alleen in Eindhoven bij 040 BMX Park. “Het waren de beste faciliteiten van het hele land en de ramps en schansen waren echt van wedstrijd kwaliteit. Daarnaast heeft het ook een enorme bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van de scene”, vertelt Daniel. Hij heeft iets moois zien ontwikkelen. Waar hij eerst, met eigenaar Pim van de Bos, zelf schansen bouwden en gemeentes aanschreef naar een volwaardig park. Er kwam in 2018 zelfs een fusie met Area51 om een soort skate Mekka te creëren. Niet alle reacties waren positief, maar Daniel was er wel blij mee: “Er reden in een keer twee à driehonderd man en dat was niet iedereen gewend. Die luxe was er in Eindhoven, maar ik kom oorspronkelijk uit Amsterdam en daar was het niet anders dan dat je met iedereen samen reed. Ik ben ervan overtuigd dat je sterker staat als je samenwerkt en hier dus ook.”

 

Het park vormde Daniel zelf als rijder, maar hij heeft ook jonge kinderen zien groeien tot prof rijders. “Dat is een van de mooiste dingen om te zien. Ik vind het heel belangrijk dat kinderen in Nederland kunnen sporten en dan maakt het niet uit welke sport. Onze sport is dan toevallig een sport van de straat, maar wil je dat al die kinderen op straat blijven hangen. Hoe mooi is het dat ze een plek hebben waar ze terecht kunnen en hun hobby kunnen uitoefenen. Het maatschappelijke aspect mogen we ook niet vergeten. Het is goed voor de ontwikkeling van een kind en hoe meer passie je voor een sport kunt ontwikkelen hoe minder aandacht er naar andere slechte dingen gaat”, legt Daniel uit.

 

Iets wat al zo mooi was, staat op het punt nog veel mooier te worden. Area51, nu dus het BMX- en het skatepark samen, wordt verbouwd. Het moet een plek worden waar kinderen voor het eerst in aanraking komen met de sport tot de plek waar de olympische kampioenen van de toekomst worden ontdekt. “Er staat iets prachtigs te gebeuren. Ik help bijna elke dag zelf mee en het is gewoon fantastisch, maar alleen jammer dat het alleen in Eindhoven is. Niet ieder kind houdt van voetbal of hockey en voor heel veel kinderen met deze hobby is het geweldig. De hoeveelheid geld is de droom van elke sportontwikkelaar en dat is ook de reden dat ik het nog niet zo snel ergens anders in het land zie gebeuren. Je moet ook niet vergeten dat er een voortraject van twintig voor zit en echt voor gevochten is om dit te realiseren. Het kost enorm veel tijd om een scene op te bouwen en daarom is Eindhoven denk ik een voorbeeld voor de rest van het land.”

 

De scene was, zeker in verhouding met de rest van het land, al ver ontwikkeld. Nu lijkt die ontwikkeling alleen nog maar meer een vlucht te nemen door heropening van Area. Daniel hoopt op nog meer groei: “Het is een simpel plan denk ik: iemand geeft een kinderfeestje en daardoor wil iemand misschien wel doorgaan met de sport. Zo neemt iemand misschien lessen en wordt het volgende talent gevonden.”